Wat gebeurt er als een bedrijf de prijzen verhoogt met een horizontale vraagcurve?
Managers en accountants schatten de vraagcurve van hun bedrijf om het hoogste bedrag te bepalen dat ze voor een product kunnen vragen voordat de daling van de vraag een negatief effect heeft op de omzet. Wanneer een bedrijf een horizontale vraagcurve heeft, is de vraag van de consument perfect elastisch, wat betekent dat het bedrijf weinig flexibiliteit heeft bij het bepalen van prijzen. Dit geldt voor bedrijven van elke omvang, inclusief kleine bedrijven.
Revenue and Demand Changes
Wanneer een bedrijf prijzen verhoogt met een horizontale vraagcurve, zouden zijn inkomsten en vraag theoretisch tot nul moeten dalen. Bedrijven hebben doorgaans een vraagcurve met een steile of licht negatieve correlatie, met prijzen op de x-as en de vraag op de y-as. Wanneer prijzen stijgen, daalt de vraag naar het product van het bedrijf een zeker bedrag. Bedrijven met een vlakke, horizontale vraagcurve kunnen de prijzen niet verhogen, omdat de curve is ingesteld op de maximumprijs die door de markt is toegestaan.
Klantenbestand
Bedrijven met horizontale vraagcurven lopen het risico hun klantenbasis te verliezen als ze de prijzen verhogen. Bedrijven met horizontale vraagcurven voor hun producten zijn doorgaans actief in sectoren waar veel concurrenten bestaan en de prijzen zijn relatief vergelijkbaar en stabiel. Wanneer een bedrijf zijn prijzen verhoogt, zoeken klanten naar goedkopere, vergelijkbare producten van concurrenten. Als een bedrijf in een toiletpapier bijvoorbeeld zijn prijzen verhoogt, kijken consumenten naar andere merken toiletpapier voor hun behoeften.
Prijzen op lange termijn
Een bedrijf met een horizontale vraagcurve kan zijn prijzen verhogen zonder een aanzienlijk verlies aan vraag en omzet te lijden als de hele industrie aandringt om de prijzen te verhogen. Wanneer een hele sector zijn prijzen verhoogt, verschuift de horizontale vraagcurve omhoog om de wijziging mogelijk te maken. Consumenten worden vervolgens gedwongen om het product tegen de hogere kosten te kopen. Als stijgende brandstofkosten bijvoorbeeld de hoeveelheid geld die toiletpapierbedrijven uitgeven om toiletpapier te vervoeren, verhoogt de industrie uniform de prijzen om de kosten te dekken.
Voorbeeldindustrieën
Bedrijven met horizontale vraagcurven hebben doorgaans een groot aantal concurrenten en produceren producten die consumenten kopen op basis van prijs. Groenten en andere producten worden bijvoorbeeld meestal gekocht op basis van hun prijs. Bedrijven die meel, tandenborstels, suiker, rijst en andere goederen verkopen waar consumenten niet loyaal zijn aan het merk zien hun inkomsten en vraag aanzienlijk dalen wanneer de prijzen stijgen. Bedrijven in deze bedrijfstakken verhogen doorgaans de omzet door schaalvoordelen te behalen. Schaalvoordelen zijn het punt waarop een bedrijf op het meest efficiënte niveau opereert.