Voorbeelden van een sociaal mediabeleid voor non-profit organisaties

Non-profitorganisaties gebruiken sociale media om dezelfde redenen die een klein bedrijf zou kunnen - om een ​​"sociale" relatie met klanten of klanten te ontwikkelen. Net als hun tegenhangers in de zakenwereld, hebben non-profitorganisaties sociale-mediaregels om hun merk en reputatie te beschermen. Sommige beperken zelfs wat werknemers kunnen doen op persoonlijke accounts. Bij het bestuderen van het sociale-mediabeleid van vier non-profitorganisaties zijn verschillende gemeenschappelijke thema's duidelijk, ondanks de uiteenlopende doelen van deze organisaties.

Nationale openbare radio

NRP gebruikt sociale media als zowel een rapportagetool als een marketingvoertuig om luisteraars en weblezers te binden. Het sociale mediabeleid van het netwerk dringt er bij de verslaggevers op aan om transparant te zijn bij het rapporteren van via sociale media ontvangen informatie en om een ​​onafhankelijke bevestiging te vragen. NPR richt zijn journalisten op om aan te nemen dat alle video en afbeeldingen die van sociale media worden ontvangen, niet echt zijn. NPR-medewerkers kunnen pseudoniemen niet gebruiken op sociale media wanneer ze optreden namens het netwerk en moeten zichzelf identificeren als NPR-medewerkers. Ze mogen politieke en belangenbehartigende groepen volgen, maar alleen om het gesprek te volgen.

NPR-journalisten kunnen bovendien anonieme schermnamen gebruiken in hun persoonlijke accounts. Ze mogen echter geen standpunten over politiek of andere polariserende onderwerpen uiten (zie referentie 1).

Internationaal Rode Kruis

De Internationale Federatie van Rode Kruis- en Rode Halve Maanverenigingen (IFRC) instrueert werknemers om zijn communicatiekantoor op de hoogte te stellen voorafgaand aan het gebruik van sociale media, hetzij namens de organisatie, hetzij persoonlijk. Medewerkers die posten voor de IFRC moeten toestemming krijgen voordat ze een item publiceren, of het nu voor een blog, online publicatie of sociale media is bedoeld.

Medewerkers wordt verteld om duidelijk te maken dat opvattingen over persoonlijke sociale media de werknemers zijn en niet die van de organisatie. Medewerkers mogen het IFRC-logo ook niet op persoonlijke sociale mediasites gebruiken. Ze worden aangemoedigd om weg te blijven van politieke gesprekken, maar het is niet verplicht (zie referentie 2).

Smithsonian Institution

Medewerkers van het Smithsonian Institution kunnen alleen namens de organisatie berichten als de sociale-mediaservice op een intern goedgekeurde lijst staat. Het Smithsonian verbiedt inhoud die politiek, partijdig, vals of beledigend is. Er kunnen geen aanbevelingen van het product zijn. Foto's van kinderen die jonger zijn dan 18 jaar kunnen niet worden gepost zonder toestemming van de ouders.

Medewerkers met persoonlijke sociale media accounts moeten een disclaimer gebruiken om elke misvatting te voorkomen dat ze spreken voor het Smithsonian. Verder kunnen werknemers geen informatie over het Smithsonian plaatsen die bevoorrecht of vertrouwelijk is. Het Smithsonian raadt werknemers ten zeerste af om pseudoniemen op persoonlijke sites te gebruiken (zie referentie 4).

Het American Institute of Architects

Medewerkers van het American Institute of Architects - een professionele organisatie die de architectuurindustrie vertegenwoordigt en promoot - hebben geen toestemming nodig om berichten op sociale media te plaatsen. AIA zorgt er echter voor dat elk personeelslid verantwoordelijk is voor het verschijnen van content op zowel AIA- als persoonlijke sociale media-accounts. AIA dringt er bij stafleden op aan om een ​​degelijk gesprek over architectuur op een professionele en respectvolle manier te voeren. Gedrag dat op de werkplek niet acceptabel is, is niet toegestaan ​​op sociale mediasites.

De AIA-bars hebben opmerkingen over drugs, alcohol, vieze humor, etnische smekingen en godslastering. Medewerkers moeten privacyrechten en bedrijfseigen informatie respecteren. Bij het posten op externe sociale accounts moeten personeelsleden aangeven dat hun eigen mening is en niet die van AIA. Ten slotte is het logo van AIA niet toegestaan ​​op persoonlijke sociale media-accounts (zie referentie 3).

Populaire Berichten