Waardoor wordt een printer uitgelijnd?

Een printer met uitlijnproblemen zal de documenten niet nauwkeurig afdrukken. Afbeeldingen en tekst kunnen schuin worden afgedrukt of helemaal niet worden afgedrukt. Uw printer kan uitgelijnd raken als er papier vastzit in de machine, de inktpatronen verstopt of vuil zijn, de cartridges niet correct zijn geïnstalleerd en cartridges van lage kwaliteit worden gebruikt. Bovendien kan een printer uitgelijnd raken nadat het apparaat een grote afdruktaak heeft voltooid. Gebruik het hulpprogramma Printers en apparaten uitlijning in Windows of de printersoftware om een ​​uitlijningsprobleem op te lossen of controleer de machine en cartridges op een fysiek probleem.

ramen

1.

Klik op "Start" en selecteer vervolgens "Apparaten en printers".

2.

Klik met de rechtermuisknop op de printer die u wilt uitlijnen en selecteer vervolgens "Voorkeursinstellingen voor afdrukken" in het pop-upmenu.

3.

Klik op het tabblad "Services" en klik vervolgens op het pictogram "Inktpatronen uitlijnen". De printer drukt automatisch een uitlijningstestpagina af.

4.

Volg de instructies van de wizard Uitlijning om de cartridges uit te lijnen. Selecteer bijvoorbeeld de juiste antwoorden op de wizard die overeenkomen met de resultaten die op de testpagina zijn afgedrukt. Klik op "Voltooien" wanneer de Uitlijningswizard is voltooid.

Printersoftware

1.

Start de printersoftware en selecteer vervolgens 'Onderhoud', 'Hulpprogramma's' of 'Hulpprogramma's'.

2.

Klik op "Uitlijning" of "Printer kalibreren" en klik vervolgens op de knop "Uitlijning" of "Kalibreren". Er wordt een uitlijnings- of kalibratiepagina afgedrukt.

3.

Volg de aanwijzingen van de kalibratie- of uitlijnwizard om het uitlijningsproces te voltooien. Klik op "Gereed" of "Voltooien" aan het einde van het uitlijningsproces.

Fysieke problemen

1.

Controleer of er papier vastzit in de printer. Door vastgelopen papier kunnen de printercartridges onjuist uitlijnen. Verwijder al het vastgelopen papier volledig om het probleem op te lossen.

2.

Vervang verstopte of vuile printcartridges door nieuwe. Patronen die vuil zijn, veroorzaken strepen en vlekken, wat leidt tot verkeerde uitlijning.

3.

Installeer nieuwe cartridges van de fabrikant in de printer. Als de cartridges zijn vervaardigd door een derde partij, is het mogelijk dat ze niet correct in de cartridgehouder passen. Vervang alle cartridges die niet van de cartridges van de printerfabrikant zijn.

Waarschuwing

  • De printer moet op de computer zijn aangesloten om de uitlijnbewerking uit te voeren.

Populaire Berichten